Konijnen en cavia’s zijn herbivoren en voeden zich met plantaardige voeding (verse grassen en wilde kruiden). De spijsvertering begint al op het moment dat ze met hun snijtanden een stuk gras of kruid afbijten en verder wordt vermalen tussen de kiezen. Het opgenomen voedsel wordt versneden door de scherpe kiezen tot het een vloeibaar voedselpapje is. Daarna wordt het doorgeslikt en komt het in de maag terecht. In de maag worden allerlei maagsappen aangemaakt en heeft een zure omgeving. Door de zure omgeving worden de eerste bacteriën, parasieten en dergelijke gedood. De maag van konijnen en cavia’s bevat nauwelijks spieren, hierdoor is de maag niet in staat om zichzelf te ledigen en de spijs (het ‘voedselpapje’) verder te transporteren naar de maag. Konijnen en cavia’s kunnen hierdoor ook niet braken. Dit betekent dat verder transport van de spijs alleen plaatsvindt zolang er nieuw voedsel binnen komt. Dit is dan ook de reden waarom cavia’s en konijnen nooit ‘nuchter’ mogen zijn voor een operatie: de spijs blijft in de maag, waardoor er een groter risico ontstaat op gasvorming. De maag blijft maagsappen aanmaken, waardoor de maag overvol raakt en uiteindelijk zelfs kan barsten. Ook brokken en dergelijke kunnen voor maagproblemen zorgen: ze nemen het vocht (maagsappen) op en neemt in volume aanzienlijk toe en kan leiden tot overbelasting van de maag. Vanuit de maag vervolgt de spijs verder zijn weg naar de dunne darm. In de dunne darm worden o.a. de vetten, snelle koolhydraten en eiwitten verteert. Dit gebeurt door middel van verschillende enzymen die in de alvleesklier worden geproduceerd. Deze enzymen verkleinen de moleculen zodat de voedingsstoffen opgenomen kunnen worden. De alvleesklier kan meer of minder (specifieke) enzymen aanmaken afhankelijk van de hoeveelheid voedingstoffen die binnen komen. Eet een konijn of cavia bijvoorbeeld meer eiwit, dan worden er meer enzymen geproduceerd om de eiwitten te verteren. Aan het einde van de dunne darm zit een soort T-splitsing: de ene weg leidt naar de blinde darm en de andere weg naar de dikke darm. Wanneer de spijs bij de T-splitsing aankomt, wordt de spijs eerst nog gesorteerd. De kleine componenten (kleiner dan 0,5 mm) komen in de blinde darm terecht en de grote componenten (groter dan 0,5 mm) vervolgen hun weg naar de dikke darm. De grote componenten zijn vaak onverteerbare, houtige delen (zoals lignine). In de dikke darm wordt het vocht onttrokken en vormen, door de peristaltiek, de uiteindelijke keutels die je terug vindt in het verblijf. Hier zie je dus alle delen terug die niet zijn verteerd. De blinde darm heeft een enorm belangrijke functie. Zoals ik eerder aangaf, zijn konijnen en cavia’s herbivoren en voeden zich met grassen en wilde kruiden – planten. Planten bevatten weinig voedingsstoffen en bestaan voor ongeveer de helft uit celwanden. Deze celwanden bestaan uit complexe moleculen, met name cellulose en hemicellulose. Enzymen in de dunne darm zijn niet in staat om deze moleculen open te knippen, waardoor de voedingsstoffen niet beschikbaar zijn. Dat zou betekenen dat de helft van de plant niet te verteren is en onbruikbaar zou zijn. In de blinde darm leven talloze speciale bacteriën die in staat zijn om de celwanden ‘open te knippen’, waardoor de voedingsstoffen vrij komen. Deze speciale bacteriën doen nog veel meer: ze maken o.a. vitamines, vluchtige vetzuren en aminozuren aan. Een deel van de voedingsstoffen wordt opgenomen via de darmwand en een deel niet. Het deel wat niet opgenomen wordt, wordt in een pakketje gestopt en dat zijn de blinde darmkeutels. Een konijn of cavia eet ze direct op vanuit de rectum. De voedingsstoffen worden verder verteert in de dunne darm. De blinde darmkeutels (BDK) van konijnen zien er uit als een soort ‘trosje druiven’ en zijn kleiner dan gewone keutels. De BDK van cavia’s lijken erg veel op de gewone keutels. Konijnenfeitje over de blinde darm: de blinde darm beslaat ongeveer 50% van de totale spijsvertering Cavia feitje over de blinde darm: de blinde darm beslaat zo’n 1/3e deel van de totale spijsvertering De alvleesklier kan alleen niet oneindig veel van deze enzymen blijven produceren. Als een cavia of konijn dus te veel eiwit binnen krijgt (of zetmeel, suikers, vetten), worden deze niet verteerd en komen ze in de blinde darm terecht. De speciale bacteriën die in de blinde darm leven, kunnen echter niets met deze voedingsstoffen. Als er ook te weinig vezels wordt gegeten, dan blijft er niets meer over voor de speciale bacteriën en zullen ze gaan verdwijnen. Slechte of ziekmakende bacteriën zijn wel dol op deze koolhydraten en eiwitten en gaan zich al snel vermenigvuldigen. Zo ontstaat er al snel een onbalans in de darmflora die een risico geven op gasvorming, diarree, verstopping maar ook verminderde opname van voedingsstoffen (de speciale bacteriën maakten immers ook diverse vitamine en aminozuren aan!). Als de darmflora verstoord is, dan smaken de blinde darmkeutels vaak ook niet lekker meer en laten ze deze liggen. Met name de blinde darmkeutels van konijnen zijn heel zacht en als ze deze niet hebben opgegeten en wel doorheen wandelen, smeren ze deze uit en lijkt het net op diarree. Het raakt aangekoekt aan de vacht en als het niet tijdig wordt schoongemaakt, kan dit de huid gaan irriteren. In dit geval hebben ze geen diarree, want ze produceren nog wel de normale keutels, maar eten ze hun blinde darmkeutels niet op. Het lukt de spijsvertering om elke calorie uit de plantaardige voeding te halen. Dit maakt dat hun spijsvetering gespecialiseerd is in het verteren van specifieke voeding: grassen en kruiden. Dit betekent dan ook dat de spijsvertering maar weinig flexibel is. Zodra ze andere voeding eten die niet thuishoort in hun spijsvertering of niet voldoet aan de juiste verhouding aan voedingsstoffen, kunnen er al snel problemen gaan ontstaan zoals gasvorming, diarree, verstopping en een verstoorde darmflora. Zo bevatten brokken relatief veel zetmeel (tot zelfs 60%!). Als cavia’s en konijnen dagelijks een hele bak brokken eten, geeft dit een groot risico op darmproblemen. Maar ook een teveel aan wortels, gewone groenten en fruit in het dieet veroorzaakt een verstoorde darmflora: deze voeding bevat relatief veel snelle koolhydraten en weinig vezels. Ook bepaalde bladgroenten kunnen voor problemen zorgen. Zo bevatten jonge planten en jong geoogste bladgroenten nog veel eiwit en minder vezels. Als ze te veel aan jong geoogste bladgroenten of jonge grassen eten, krijgen ze ook te veel eiwit binnen en te weinig vezels. Om die reden is het belangrijk dat de voeding bestaat uit weide of bladgroenten uit verschillende groeistadia. Wanneer een cavia of konijn last heeft van diarree, wordt er geadviseerd om enkel hooi te voeren tot de darmen weer gestabiliseerd zijn. Er wordt vaak gedacht dat de diarree mogelijk veroorzaakt wordt door bepaalde groenten of kool, en door de groenten even tijdelijk van het dieet te schrappen, zouden de spijsvertering weer moeten herstellen. Dit advies staat geheel in contrast met de spijsvertering, aangezien deze juist gespecialiseerd is in het verteren van plantaardige voeding. Zeker bij diarree is zo’n advies om nog enkel hooi te voeren gevaarlijk! In de dikke darm wordt het vocht opgenomen die nodig is voor de rest van het lichaam en de organen. Wanneer er sprake is van diarree, wordt het vocht niet opgenomen. Ga je dan nog eens extra droge voeding (hooi) geven, krijgen ze nóg minder vocht binnen en is er een groter risico op uitdroging.
0 Comments
Gebitsproblemen komen helaas veel voor bij konijnen en cavia’s, denk aan olifantstanden (doorgegroeide snijtanden), haken op de kiezen, ontstoken kieswortels, enzovoorts. Wanneer deze problemen optreden, wordt er vaak gewezen op de voeding: er zou te weinig slijtage plaatsvinden waardoor de kiezen en snijtanden als maar doorgroeien. Ze moeten vooral véél hooi eten en hun dagelijkse portie brokjes, die zijn immers hard en dat is goed voor de tanden en kiezen. Alleen, deze voeding van hooi en brokjes, passen helemaal niet bij hun gebitsmechanisme. Om te begrijpen waar deze gebitsproblemen nu precies vandaan komen, is het belangrijk te begrijpen hoe hun gebitsmechanisme werkt en daarop de voeding aan te passen. Anders blijven de problemen komen en worden alleen de symptomen bestreden. Het gebitsmechanisme Cavia’s en konijnen hebben een bijzonder gebit, want hun tanden en kiezen groeien continu door. Dat gebeurt met een reden, want het zijn herbivoren en voeden zich vooral met plantaardige voeding zoals grassen en wilde kruiden. Omdat deze type voeding van zichzelf niet erg veel voedingsstoffen bevatten, moeten ze er relatief veel van eten. Door dat vele eten, slijten de tanden en kiezen voortdurend. Als ze niet zouden groeien, zou er al snel niets meer van overblijven. Onder elke kies en tand zitten open wortels waar nieuw tandmateriaal wordt aangemaakt (zoals glazuur en dentine). Vanuit deze wortels ontstaat nieuw tandmateriaal en groeit zo verder omhoog. Door het vele kauwen, slijten de kiezen en tanden van bovenaf waardoor er een balans is in groei en slijtage. Het kaakbot is niet erg sterk want het hoeft immers alleen maar zacht, bladachtig plantmateriaal te ‘versnipperen’. Het kaakgewricht werkt door middel van een ‘schuifgewricht’ en maakt horizontale kauwbewegingen waarbij de kiezen over elkaar heen schuiven. Samen met de plantaardige voeding, waar o.a. veel silicium in zit, schuren de kiezen tegen elkaar aan en slijt het af. Door de zigzaggende kauwbewegingen raken zowel het glazuur als dentine elkaar aan en ontstaan er scherpe randen in de kiezen. Dit maakt dat het voedsel zeer goed wordt ‘verknipt’ en gereed wordt gemaakt voor verdere vertering. Op foto 1 zie je een voorbeeld tussen een kies van een mens en een kies van een cavia of konijn. Je ziet dat de kies van een mens volledig omsloten is, terwijl de kies van een konijn of cavia niet volledig omsloten is en een open kieswortel heeft. Op foto 2 zie je dat de kiezen en tanden erg lang zijn en diep in het kaakbot zitten. Gebitsfeitjes over konijnen: konijnen hebben 4 snijtanden, 2 stifttanden en 22 kiezen. Deze groeien 0,8 tot 2 mm per week. Gebitsfeitjes over cavia’s: cavia’s hebben 4 snijtanden en in totaal 18 kiezen. Deze groeien 2 tot 3 mm per week. Voedingsfouten Hoewel slijtage zeker bevordert moet worden om doorgroeiende snijtanden en kiezen te voorkomen, is het nog veel belangrijker om te zorgen dat ze de juiste kauwbeweging maken en voldoende blijven eten. En dat is precies waar het vaak fout gaat, veel cavia’s en konijnen krijgen een dieet van hooi en brokken die het gebit ernstig belast. Wanneer een cavia of konijn op een stukje brok (of andere harde voeding) gaan kauwen, moeten ze eerst een (onnatuurlijke!) verticale kauwbeweging maken terwijl hun kaakgewricht enkel bedoelt is om horizontale kauwbewegingen te maken. Door die verticale kauwbeweging komt er te veel druk op de kiezen terecht en worden ze verder in het kaakbot geduwd. De kieswortels raken beschadigt, kunnen gaan ontsteken en zelfs abcessen ontstaan. Om de pijnlijke kiezen te ontlasten, worden andere kiezen meer belast waardoor daar ook uiteindelijk diezelfde problemen gaan ontstaan. De kiezen slijten verkeerd en schuin af en dat heeft gevolgen voor de kaak zelf: er ontstaat een verkeerde uitlijning (de onderkaak schuift naar voren) met als gevolg dat snijtanden niet meer goed afslijten en doorgroeien. Er ontstaat een domino effect waarbij het gebit steeds verder wordt aangetast. Daarom dat bijvoorbeeld het enkel bijslijpen van de snijtanden zinloos is als de kaakuitlijning onjuist is en niet wordt verholpen. De snijtanden zijn wel beter in staat om druk op te vangen: ze zijn een stuk langer en gaan dieper het kaakbot in, waar het afbuigt richting de kiezen. Hierdoor komt de druk niet op de open tandwortels terecht. De kieswortels liggen dichtbij het traankanaal en de ogen. Het kan dus zelfs gebeuren dat de kiezen dusdanig diep in het kaakbot worden geduwd, dat deze tegen het oog aankomen en het oog een beetje kan uitpuilen. Het kan zelfs leiden tot pusafscheiding die via de ogen of neus naar buiten komen. Als er sprake is van luchtwegklachten of oogklachten, is het daarom raadzaam om ook het gebit mee te nemen in de diagnostiek. Dit hele proces vanaf de eerste beschadigingen tot het moment dat de eerste symptomen zichtbaar zijn (zoals niet eten, haken op de kiezen, doorgegroeide snijtanden), verloopt niet in enkele dagen: er kunnen maanden tot zelfs jaren tussen zitten. Het moment dat ze gaan afvallen en minder eten, betekent dat de problemen al lang spelen. Maar hoe zit het dan met hooi? Hooi is immers niet hetzelfde als een brokje, het is een stengel gedroogd gras dus ze hoeven geen verticale kauwbeweging te maken. Maar hooi is wel degelijk anders dan vers gras en belastend voor het gebit. Door het drogingsproces verandert de structuur en wordt het een stuk taaier en stugger. Hierdoor moeten ze meer kracht zetten om het goed te kunnen ‘versnijden’ en dat straalt uit naar de kieswortels. Om die reden is hooi geen geschikte voeding als het gaat om juiste slijtage van het gebit. Voorkomen & verhelpen van gebitsproblemenOm gebitsproblemen te voorkomen of te verhelpen, is het van belang om je konijnen en cavia’s van voeding te voorzien die bij het gebitsmechanisme hoort. Weide (gevarieerde verse grassen en wilde kruiden) sluit het beste aan bij het gebitsmechanisme en bevordert een optimale slijtage. Deze voeding bestaat uit een diversiteit van wilde grassen en wilde kruiden, zoals paardenbloem, smalle weegbree, klaver, madeliefjes, fluitenkruid, enzovoorts. Verse weide is ook rijk aan o.a. silicium, welke bevorderlijk is voor een goede slijtage aan het gebit. Wanneer er geen mogelijkheid is om verse weide aan te beiden, kan er ook bladgroenten als alternatief worden aangeboden. Bladgroenten zijn wel anders dan weide en bevat minder vezels en silicium, daarom dat de voorkeur uit gaat naar weide. Het is dan van belang om te zorgen voor een goed gevarieerd aanbod. Meer uitgebreide informatie vind je onder ‘voeding’. Hooi kan onbeperkt ter aanvulling worden aangeboden, zolang er voldoende verse voeding aanwezig is! Hooi als hoofdvoer zal schadelijk zijn voor het gebit (en kan ook andere gezondheidsklachten veroorzaken!). Gedroogde kruiden kunnen gevoerd worden, maar vallen erg snel uit elkaar waardoor ze niet lang hoeven te kauwen. Gedroogde kruiden kunnen om die reden (maar ook om andere redenen) verse weide of bladgroenten niet vervangen. Het kan wel ter aanvulling worden aangeboden. Een calciumarm dieet moet vermeden worden! Konijnen en cavia’s hebben veel calcium nodig om genoeg tandmateriaal aan te maken. Wanneer calcium inname wordt beperkt, is de kans groot dat er gebitsproblemen gaan ontstaan. Vitamine D speelt een belangrijke rol voor het gebit en aanmaak van tandmateriaal. Een vitamine D tekort heeft daarom ook desastreuze gevolgen voor o.a. het gebit. Voor meer informatie over vitamine D, klik HIER. Cavia’s kunnen zelf geen vitamine C aan maken. Een tekort aan vitamine C kan ook leiden tot gebitsproblemen. Een vitamine C tablet is niet nodig (en is ook schadelijk voor de kiezen!), weide bevat van zichzelf al meer dan genoeg vitamine C en de meeste bladgroenten ook (met name keukenkruiden, paprika, koolsoorten, enzovoorts -> klik HIER voor meer informatie) Voor meer uitgebreide informatie over een natuurlijk dieet, verwijs ik je naar het tabblad ‘Voeding’. Wil je meer weten over behandelingen bij een dierenarts, medicatie en diagnostiek, dan verwijs ik je naar de website www.kaninchenwiese.de. Het betreft een Duitse website, tegenwoordig kun je de pagina laten vertalen naar het Nederlands (bijvoorbeeld via google chrome) en is het goed leesbaar. NB. De foto's van kaninchenwiese zijn met toestemming gebruikt en mogen niet gedeeld worden zonder toestemming van de eigenaar!
In de herfst zie je al dat de grassen en kruiden minder hard groeien. Je ziet ook dat veel planten niet meer zo frisgroen zijn en ziektes of plekken in komen. Dat is logisch want alle energie gaat naar de wortels om de winter door te komen. Het weer wordt ook steeds frisser, het gaat vaker regenen en waaien en het wordt steeds sneller donker. Vaak lukt het nog wel om tot oktober nog te plukken maar vanaf november wordt het echt steeds lastiger om genoeg te vinden. Voor de winterperiode is het handig om je konijnen of cavia’s over te zetten op bladgroenten. Dit geldt ook voor eigenaren die geen of nauwelijks mogelijkheden hebben om weide te kunnen plukken, dan kun je ze dit vervangen met bladgroenten. Wanneer je je konijnen of cavia’s bladgroenten gaat aanbieden, is het belangrijk om te weten welke soorten je aanbiedt. Bladgroenten zijn gecultiveerd en hebben een kwalitatief mindere voedingswaarde dan weide:
Wanneer je rekening houdt met bovengenoemde punten, kom je uit op vier categorieën bladgroenten die dagelijks aangeboden moeten worden en waar de focus ligt. Deze bladgroenten beslaan 80% van het dieet:
Zorg dat er voldoende variatie is, het liefst minstens 7 soorten per portie en minstens 10 soorten per dag. Hoe meer variatie, hoe beter! Bladgroenten aanbieden tijdens de Als je konijnen of cavia’s buiten wonen, dan heb je tijdens de wintermaanden te maken met vorst waardoor groenten bevroren kunnen raken. Wanneer het gaat vriezen is het goed de voeding hierop aan te passen. Keukenkruiden en andere bladgroenten bevriezen namelijk snel en dit kun je voorkomen door elke dag kleine porties bladgroenten te geven en bevroren groenten zo snel mogelijk weg te halen. Een aantal koolsoorten, knolgewassen en wortelen bevriezen niet of niet zo snel en kun je langer laten liggen. Ook is het belangrijk onbeperkt hooi aan te bieden zodat er altijd iets te eten is. Je kunt in deze periode gerust zaden bijvoeren voor meer koolhydraten en vetten (zie de zadenlijst welke geschikt zijn en welke verhouding je kunt aanhouden).
Bladgroenten & betaalbaarheid Enkele jaren geleden kon ik nog makkelijk voor 30 euro per week groenten kopen voor wel 5 cavia’s. Tegenwoordig ben je al snel het dubbele kwijt. Ik ben mij dan ook echt van bewust dat dit dieet niet voor iedereen haalbaar is gezien de kosten en de steeds blijvende prijsstijgingen. Daarom dat het vaak loont om te verdiepen in het leren herkennen van planten en erop uit te trekken om weide te vinden. Toch is dat ook niet altijd mogelijk (denk aan werktijden, gebrek aan vervoer, gebrek aan natuur of geschikte plukplekken, enzovoorts). In dit geval zou ik zeggen: probeer zo veel mogelijk bladgroenten aan te bieden wat binnen jouw mogelijkheden ligt en geef eventueel extra komkommers voor een goede vochtvoorziening. Zorg dat ze altijd toegang hebben tot onbeperkt, goed kruidenhooi. Er zijn gelukkig wel wat besparende tips om de kosten zo laag mogelijk te houden. Zo kun je bij b.v. buitenlandse supermarkten goedkope groenten en keukenkruiden vinden. Er zijn groentemarkten waar je nog relatief goedkope groenten kunt vinden, zeker aan het einde van de dag. Je kan zelfs vragen of je afvalgroen mag meenemen (b.v. loof van wortels en andere groenten). Dit geldt ook voor groenteboeren. Tegenwoordig zie je ook steeds vaker een krat in supermarkten staan waar mensen delen van groenten af kunnen staan die jij voor je dieren mag meenemen. Soms vraag ik of ik de bloemkoolbladeren mag meenemen. Je kan ook rondvragen aan familieleden of vrienden of zij afvalgroen voor je willen bewaren. Het is soms niet altijd mogelijk om voldoende variatie bladgroenten en keukenkruiden te vinden in Nederland. Als je ooit eens in Duitsland bent geweest, dan zie je dat daar veel meer soorten groenten en kruiden te vinden zijn. Gelukkig is er een nog een optie, er zijn momenteel twee webshops die verse groenten versturen naar Nederland (en België): grünhopper en kaninchenkiste. Ik heb zelf ervaring met kaninchenkiste en bestel daar tijdens de wintermaanden mijn bladgroenten en keukenkruiden. We kunnen niet aan onze cavia’s vragen of ze wel tevreden zijn met hun leven, we moeten het daarom doen met wat zij aan gedrag laten zien. Het zijn vaak specifieke gedragingen die men interpreteert als een teken van een gelukkig leven. Zo wordt ‘popcornen’ (een soort bokkensprongetjes) bij cavia’s vaak gezien als een teken van een gelukkige cavia. Of als een cavia zich gaat wassen in jouw bijzijn, dat zou een teken zijn van vertrouwen en veiligheid. Helaas klopt dit allemaal niet, want in het laatste geval bijvoorbeeld is een cavia gewoon zichzelf aan het verzorgen. Dit zullen ze altijd doen, ongeacht de omstandigheden. Het is dus niet per se een teken van een gelukkig leven. En wat als je cavia’s nauwelijks popcornen, betekent dat dan dat ze niet gelukkig zijn? Je kunt niet één specifiek gedrag aanwijzen als indicatie van een gelukkig leven. Het is alsof je zegt dat als een persoon lacht, dat hij dan gelukkig is. We weten allemaal dat dat niet zo werkt, want ongeacht hoe je je voelt, kun je nog wel lachen om een grapje of om iets moois. Lachen op zich is dus helemaal geen indicatie van een gelukkig leven, net als wanneer een cavia aan het popcornen is, ook geen indicatie is dat je cavia gelukkig is.
Om te weten of een cavia gelukkig is, ga je alle leefgebieden na én ga je ook na of ze in staat zijn om adequaat op stressvolle gebeurtenissen te reageren en daar goed van herstellen. Dat laatste is ontzettend belangrijk, hoewel hier bijna geen aandacht aan wordt besteed. Als cavia’s niet in staat zijn om te herstellen van een stressvolle situatie, betekent dit dat hun lichaam in constante stress verkeert en dit heeft een negatieve invloed op bijvoorbeeld hun spijsvertering, immuunsysteem, hormoonstelsel, enzovoorts. Zo kunnen er op den duur allerlei gezondheidsproblemen ontstaan, zoals een verstoorde darmflora, gasvorming, plakpoep, diarree waardoor ook weer minder voedingstoffen opgenomen kunnen worden, de weerstand verzwakt weer waardoor kwaaltjes zoals huidparasieten of wormen zichtbaar worden, er kunnen hormonale problemen ontstaan en nog veel meer. De effecten van constante (chronische stress) wordt sterk onderschat terwijl het enorme gevolgen heeft voor hun welzijn, zowel fysiek als mentaal. Om een voorbeeld te geven hoe stress kan overslaan naar chronische stress, is wanneer cavia’s dagelijks worden opgepakt. Dit is een veel voorkomend advies om cavia’s zogenaamd tam te kunnen maken. Als jij met je handen naar hun uitsteekt, rennen de cavia’s weg want in hun ogen is er gevaar en ze willen vluchten. Dit is een piekmoment van stress. Als je daarna je handen weghaalt, krijgen ze een moment om weer te kalmeren. Maar ga je ze juist oppakken, betekent dit dat zij niet meer kunnen wegvluchten van de situatie, wat betekent dat de stress aanhoudt. Herhaal je dit proces dagelijks, dan hebben ze elke dag te maken met hoge piekmomenten van stress wat kan omslaan naar chronische stress. Naast het oppakken, hebben ze ook te maken met andere prikkels die ze als gevaar kunnen zien: wanneer jij langs loopt of van bepaalde huiselijke geluiden. Ze moeten telkens kunnen herstellen van al die piekmomenten, je kan je voorstellen dat hun emmer op den duur gewoon overloopt als er te veel gebeurtenissen zijn en ze dus niet meer herstellen van al die stressmomenten. Zeker wanneer ze in een standaard kooi leven en nauwelijks voldoende schuilplekken aanwezig zijn, krijgen ze niet de kans om te herstellen en wordt de stress chronisch. Ik kwam nog een ander onderzoek tegen over dierenwelzijn (m.b.t. konijnen, maar het is ook relevant voor andere diersoorten): ‘An animal could be considered as being in perfect physical health, yet still be experiencing poor welfare. For example, negative affective states such as fear and boredom due to lack of stimulation from their environment are recognized as threats to good welfare’ (klik hier voor de bron) In dit onderzoek wordt er gesproken over de definitie van dierenwelzijn en wat dit inhoudt. Dieren zouden in staat moeten zijn om adequaat en in vrijheid te kunnen reageren op voeding, fysiek ongemak, ziekten, angst en stress en normale gedragspatronen moet kunnen vertonen. Dit is eigenlijk wat ik hierboven ook al beschrijf: een cavia is een prooidier en moet kunnen vluchten van een stressvolle gebeurtenis en tegelijkertijd in een omgeving leven waar hij in staat wordt gesteld om te kunnen herstellen van deze stressvolle gebeurtenis. Huisvesting (de leefomgeving) speelt een belangrijke rol in stressregulatie en welzijn, het bepaalt of cavia’s kunnen vluchten en zich veilig kunnen voelen. In de natuur wandelen cavia’s door hoge grassen en onder struiken om zich ‘onzichtbaar’ te maken voor gevaren. Onze tamme cavia’s bezitten dit gedrag nog steeds en is het van belang om ze in deze behoefte te voorzien. Dit doe je door diverse soorten schuilplekken aan te bieden (elke 30 cm). Open plekken moeten worden vermeden omdat dit hun kwetsbaar maakt voor roofdieren en andere gevaren (ook al weten wij wel dat deze er niet zijn, dat weten zij niet). Plaats daarom diverse tunnels of bruggen en schuilhuisjes. Voeding speelt ook een belangrijke rol. Voeding is namelijk meer dan alleen het lichaam voorzien van voedingsstoffen, voeding is ook het lichaam onderhouden en onderdeel van hun natuurlijk gedrag (zoals foerageren). Als er dan ook nauwelijks keuze is tot vers groenvoer (weide of bladgroenten), ontstaat weer langdurige stress omdat ze hun natuurlijk foeragegedrag niet kunnen uitoefenen. Het aanbieden van diverse soorten bladgroenten en/of weide biedt hen de keuze om hetgeen te eten waar hun behoefte ligt en wat hun lichaam nodig heeft. Het sluit ook veel beter aan op de spijsvertering waardoor voedingsstoffen beter worden opgenomen en het zelf genezend vermogen wordt gestimuleerd. Zo hebben bijvoorbeeld brokjes of overmatig hooi een negatieve impact op hun spijsvertering en gebitsmechanisme waardoor op termijn gezondheidsproblemen kunnen ontstaan. Cavia’s zijn sociale dieren en hebben de dagelijkse interactie met soortgenoten nodig voor hun welzijn. Ze gaan vriendschappen met elkaar aan en kunnen een hechte groep vormen. Daarnaast biedt een groep ook veiligheid: hoe groter de groep, hoe eerder gevaren worden opgemerkt en de rest gewaarschuwd wordt, waardoor ze een grotere overlevingskans hebben. Een cavia alleen voelt zich enorm kwetsbaar voor gevaren. Hij moet meer energie steken in het observeren van zijn omgeving en heeft hierdoor minder tijd om goed te kunnen rusten en te herstellen van stressvolle gebeurtenissen. Daarom dat een mens of ander diersoort de interactie niet kan vervangen en een cavia eenzaam zal zijn, ook al leeft hij samen met een konijn of krijgt hij veel aandacht van je. Een cavia die alleen woont ervaart chronische stress, met alle gevolgen van dien. Dan speelt de verzorging en het hanteren ook nog een belangrijke rol. Cavia’s zijn prooidieren dus oppakken is voor hun stressvol en beangstigend. Oppakken behoort om die reden alleen te gebeuren als dit strikt noodzakelijk is, bijvoorbeeld voor een check-up of om medische redenen. Alle andere interactie moet op basis van vrijwillige keuze zijn en is aangepast op hun behoeften. Sommige cavia’s vinden menselijke aandacht leuk, anderen totaal niet en dat moet men ook accepteren. In 2022 hebben we voor mijn twee konijnen een geheel nieuwe buitenren gebouwd! Deze moest stombestendig zijn en beveiligd zijn tegen roofdieren. Het verblijf is ongeveer 6 vierkante meter (3.65 meter bij 1.65 meter) en is ongeveer 1.70 meter hoog. De totale kosten waren ongeveer € 1.300. De stoeptegels en opsluitbanden hebben we tweedehands kunnen vinden. Er zit een klein luikje in de ren, zodat de konijnen via dit luikje de tuin in kunnen (overdag). De deur en het luikje zijn beveiligd met een schuifslot. |
AuteurMijn naam is Elisabeth. Hier vind je al mijn informatieve blogs over natuurlijke voeding, huisvesting, zorg en meer voor konijnen en knaagdieren! Archieven
Juli 2024
|
Volg Mini Natuur op:
Facebookpagina Mini Natuur Instagram @mininatuur TikTok @mininatuur Meepraten over natuurlijke stijl? Dat kan op: Facebookgroep 'Konijnen & Cavia's Natuurlijke Stijl' (ook voor chinchilla's en degoes) Facebookgroep 'Natuurlijke stijl voor kleine knaagdieren' |
© 2019-2024 Mini Natuur
Alle teksten zijn door mijzelf beschreven tenzij anders vermeld of door middel van een citaat. Ook de foto's zijn door mijzelf gemaakt. Ik gebruik tevens foto's van derden waar ik uitsluitend toestemming heb gekregen om deze voor mijn website te gebruiken. Teksten en foto's mogen niet worden gebruikt zonder toestemming! Mocht je mijn foto's (of van derden) en tekst ergens anders tegen komen, dan graag direct vermelden aan [email protected] |